‘Opwaardering Maaslijn eind 2027 klaar’

De elektrificatie en gedeeltelijke spoorverdubbeling van de Maaslijn is gegund aan Swietelsky Rail Benelux. De spooraannemer heeft de Europese aanbesteding gewonnen en gaat aan de slag met de werkzaamheden aan het spoor tussen Nijmegen en Roermond. Eind 2027 moet deze 88 kilometer lange spoorlijn, waaraan ook het station in Oostrum ligt, gereed zijn. Dat maakt spoorwegbeheerder ProRail bekend. 

Van deze spoorlijn maken ongeveer 22.000 reizigers per dag gebruik en daarom is de Maaslijn belangrijk voor de mobiliteit in de provincies Limburg, Noord-Brabant en Gelderland. Dat deze spoorlijn nu geëlektrificeerd - en deels verdubbeld - gaat worden zorgt ervoor dat er niet alleen sneller, maar ook duurzamer kan worden gereden.

Nadat het project eerder vertraging heeft opgelopen wegens een diversiteit aan oorzaken, waaronder de verkrijgbaarheid van materiaal door de oorlog in Oekraïne, zijn alle partijen blij dat ze nu deze belangrijke stap in het project hebben gezet. Ze zien de samenwerking met Swietelsky en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en de provincies Limburg, Noord-Brabant en Gelderland met vertrouwen tegemoet.

Swietelsky heeft voor dit project een robuust plan ingeleverd. Daarin is niet alleen gekeken naar de kosten maar ook naar voldoende capaciteit om de indienststelling van het treinverkeer in 2027 mogelijk te maken. Ook geeft Swietelsky in zijn voorstel aan rekening te houden met de omgeving door de hinder gedurende de bouw zo gering mogelijk te houden.

Door de opwaardering van de Maaslijn, die in opdracht van de provincies Limburg, Noord-Brabant, Gelderland en het ministerie wordt gerealiseerd, kan Arriva als betrokken vervoerder een betrouwbare dienstregeling leveren voor de reizigers.

Op vier plekken langs de Maaslijn, Cuijk, Boxmeer, Venray en Reuver, wordt een extra spoor aangelegd. Op die locaties wordt het aantal sporen van één naar twee uitgebreid en kunnen tegemoetkomende treinen elkaar passeren. Bij de aanleg van de huidige spoorbaan is al rekening gehouden met dubbelspoor. Dat betekent dat er bijna overal voldoende ruimte is naast het spoor voor een tweede spoor en de palen voor de bovenleiding.

Op verschillende plaatsen worden de bogen in het spoor ruimer gemaakt, zodat de treinen hun snelheid kunnen behouden en niet meer hoeven af te remmen. Daardoor kan de rijsnelheid omhoog van 100 naar 140 kilometer per uur. Zo wordt ervoor gezorgd dat de aansluitingen op andere treindiensten robuuster worden, met betere overstaptijden. Tot slot wordt de veiligheid van ruim 20 overwegen verdeeld over drie provincies en negen gemeenten verbeterd. 

Als het werk in 2027 daadwerkelijk gereed is, ligt er een moderne spoorlijn waar reizigers nog jaren van zullen profiteren.