Sinterklaas kapoentje

Venray | Nog even en dan is het weer zover. U kunt uw hoofd nu al pijnigen om een passend Sinterklaasgedicht te schrijven. Dat hoort bij het ritueel van pakjesavond. En het gedicht moet rijmen, daar ontkomt u niet aan. Dat hoort bij onze vaderlandse traditie, onze cultuur. 

U kunt tijdens uw noeste arbeid gebruik maken van een rijmwoordenboek, of een speciale rijmwoordensite op internet. U zwoegt en puzzelt net zo lang tot het resultaat rijmend is. Eigenlijk is in de Nederlandse poëzie rijm een betrekkelijk jong verschijnsel.

En in de wereldliteratuur is de meeste poëzie niet rijmend.


Maar met Sinterklaas mag en moet ieder weer rijmen. Of toch niet? Kan dat wel een niet-rijmend Sinterklaas gedicht?

De dichter Michel van der Plas schreef eens ‘Tot Sint Nicolaas’:


Hoe graag zou ik als de miljoenen

vandaag met een lopend gedicht

in passende rijmen verschijnen

voor uw eerbiedwaardig gelaat.


Zij schrijven nu verzen bij bundels

en zelfs de experimenteel

voelt vanavond de treffendste rijmen

weer opwellen naar de mond.


Maar ik die de naam draag van rijmer

moet nu dubbel de mindere zijn,

of ‘k de muze ook aanroep bij twintig

sigaren of tien vaten bier.


Gedoog niet dat een die zo dikwijls

de lier in zijn handen nam

zijn mond houdt, als gij straks gaat rijden

op de daken van Den Haag.


Want zou hij geen vers kunnen zingen,

dan verdroot hem de pakjesvreugd, ja,

de borstplaat zou hem niet smaken,

noch zijn letter van banket.

Dus spaar mij uw suikerbeesten,

uw noten en peperkoek,

maar schenk mij, zo bid ik verslagen,

nog heden een rijmwoordenwerk.


Dit Sinterklaasgedicht zoals het geschreven staat, rijmt niet. Of toch wel? Is hier misschien sprake van ‘verborgen’ rijm? Rijmwoorden die er niet staan, maar die wel in uw gedachten worden opgeroepen? Gelaat = gezicht; mond = keel; bier = wijn; Den Haag = Amsterdam; vreugd = pret; werk = boek. Dichter van der Plas heeft de in ons achterhoofd klinkende rijmwoorden vervangen door niet-rijmende woorden, wat een komisch effect oproept. Dat is het spel dat hij speelt met zijn lezers.


Gaat het niet lukken al dat gerijm, dan kunt u best wel ergens op het internet een ‘passend’ gedichtje vinden. Of bent u, zoals de Sint, reeds op leeftijd? De ontvanger van het pakket zal het u niet kwalijk nemen. Zoals Driek van Wissen weet te melden:


Je treft hier geen gedicht bij dit present

Al kan de Sint ook rijmen als de beste,

Want hij wordt onderhand ten langen leste

Als ouwe baas een tikkeltje dement.

Steeds is hij na het inpakken vergeten

Wat of er in het pakje heeft gezeten.


Gaat u ervoor zitten, pak de pen ter hand, en begin gewoon. De eerste regels kent u al: Sint zat te denken, wat hij zich in zal schenken. Proost!


André Leijssen,

Bestuurslid van Stichting Literair Café Venray.