Patricia, Alessia, Sean en Martin Philipsen in New York.
Patricia, Alessia, Sean en Martin Philipsen in New York. Foto: eigen foto

Martin Philipsen

Puerto La Cruz | Martin Philipsen zag het levenslicht in het ziekenhuis in Venray en groeide op in Oirlo. Inmiddels woont hij al ruim twintig jaar in het buitenland en belandde hij via Schotland, Brazilië en Colombia, in Venezuela. Daar werkt de 50-jarige Philipsen als general manager voor de Venezolaanse tak van de Amerikaanse oliemaatschappij Chevron. "Ik werk hier nu sinds augustus 2018. Het bevalt goed, maar vanwege de Venezolaanse situatie is het niet altijd even gemakkelijk", vertelt Philipsen.


De oud-Oirlonaar woont in Puerto La Cruz en vliegt regelmatig op en neer naar Colombia, waar zijn vrouw Patricia en hun zoon Sean (13) wonen. “Het is soms redelijk onveilig in Venezuela en Chevron laat tijdelijk niet toe dat kinderen van expats in het land komen wonen. Ook het onderwijs in Venezuela is niet best en Sean zit daarom in Bogota op een internationale school, waar hij al vier jaar studeerde toen we in Colombia woonden. Hij kan zich daar goed ontwikkelen en dat zou hier moeilijker zijn. Het is niet leuk om geografisch gescheiden van je gezin te wonen, maar we hebben veel contact via videobellen en gaan meestal op reis tijdens schoolvakanties. Ikzelf woon in Puerto La Cruz in een beveiligde compound van villa's aan het water waar ook andere expats wonen.”

Na een lange politieke strijd is het volgens Philipsen nu redelijk rustig in Venezuela. De regering heeft weer de controle genomen en de oppositie is naar de achtergrond verdrongen. Wel zijn er nog strenge restricties voor het land vanuit onder meer de Verenigde Staten. Daardoor is er onder meer tekort aan benzine. "Er is veel criminaliteit in het land. Zeker in de hoofdstad Caracas. De compound waar ik woon is veilig, maar erbuiten is er ook redelijk wat criminaliteit. Vanwege de pandemie zijn er nu veel kantoren gesloten, dus ik kom niet veel in de stad zelf. Maar de olieproductie is afgelopen jaar nooit gestopt, en gelukkig kon ik het meeste werk vanuit huis doen. Deze maand beginnen we wel weer langzaam met het openen van het kantoor."


Philipsen ging naar de basisschool in Oirlo en belandde via het Boschveldcollege in Venray op de Technische Universiteit Eindhoven. Daar volgde hij de opleiding technische bedrijfskunde. "Een oudere medestudent ging destijds naar het Institut Français du Pétrole in Parijs. Dat leek mij ook wel wat en dus heb ik daar toen gesolliciteerd en een EU-beurs gekregen voor een masteropleiding. Via die opleiding, ben ik aanraking gekomen met de olie-industrie. Ik had daarvoor nooit gedacht dat ik in deze wereld zou belanden."

Na zijn studie in Parijs ging Philipsen aan de slag voor Shell in het hoofdkantoor in Den Haag. Daar begint hij als business analist en in februari 1999 vertrekt hij naar Schotland om zich bij Shell verder te ontwikkelen in petroleum engineering. Hij werkte onder meer zes maanden op een boorplatform in de Noordzee tussen Schotland en Noorwegen. "Dat is erg indrukwekkend en iets om nooit te vergeten. Honderden personen die 24 uur per dag druk bezig zijn met het boren van putten en met de productie van olie en gas. Daarnaast is de zee vaak woest en het boorplatform beweegt mee met de hoge golven. Bij Shell heb ik verschillende functies gedaan en ik kon steeds verder doorgroeien.”

In 2003 werd hij overgeplaatst naar Shell Venezuela. De laatste positie die hij daar had, was manager van het olieplatform van Shell Venezuela, waar hij vloeiende Spaans heeft geleerd. Dat moest ook wel, want de meeste collega's spraken daar geen woord Engels. Door het internationale werkleven werd Spaans de vijfde taal die hij moest beheersen.

Het beviel hem uitstekend bij Shell, maar toch laat hij het bedrijf achter zich in juni 2008. "Ik dacht dat ik mijn hele leven bij Shell zou werken. Dat was ook mijn doel, maar Shell wilde mij in 2008 overplaatsen naar Damascus (hoofdstad Syrië, red.). Ik had in Venezuela mijn vrouw leren kennen en onze zoon was nog maar een paar maanden oud. Verhuizen naar Syrië leek ons geen optie. Na lang nadenken heb ik besloten om het niet te doen. Een goede beslissing, zo zou later blijken." Martin woonde in die tijd met zijn vrouw in Maracaibo en daar leerde hij de toenmalige directeur van Chevron Venezuela kennen. Via hem ging hij aan de slag voor het Amerikaanse bedrijf en daarna werkte hij onder meer voor Chevron in Bogota en daarna in Rio de Janeiro (Brazilië, red.) om uiteindelijk als general manager aan de slag te gaan voor Chevron Venezuela. "Ik heb snel carrière kunnen maken en waarschijnlijk minimaal zo snel als bij Shell zou zijn gelukt."

Voorlopig zit Philipsen op zijn plek in de kuststad in Noord-Venezuela. In november werd hij benaderd om een hogere positie binnen Chevron te bekleden in Nigeria, maar dat ging niet door. "Het was makkelijker om die plek in Nigeria in te vullen dan mijn positie in Venezuela. Ik vervul deze functie nu twee jaar en meestal duurt een expatopdracht zo'n vier jaar, dus er komt ongetwijfeld nog wat nieuws op mijn pad."

Normaal gesproken komt Philipsen één keer per jaar naar Nederland om onder meer zijn moeder in Venray te bezoeken en zijn zus in Heide. Afgelopen jaar kon hij voor het eerst in twintig jaar de reis naar Europa niet maken vanwege de coronapandemie. "Ik heb voor komende zomer tickets om naar Nederland te komen. Mijn stiefdochter Alessia woont en studeert in Italië, ook die kunnen we dan bezoeken. We hebben nog wel een aantal wensen, zo heeft Sean nog nooit echte sneeuw gezien. Alleen de sneeuw in SnowWorld Landgraaf. Het is altijd fijn om terug te zijn in Nederland. Je blijft je familie missen en je zit aan de andere kant van de wereld."

Bij Chevron is hij tegenwoordig onder meer druk bezig om strategische doelen te bereiken op het gebied van duurzame energie. "Ons hoofdkantoor zit in Californië en die zijn daar heel fanatiek mee bezig. We zullen altijd olie nodig hebben, maar we moeten ook andere manieren ontwikkelen om voldoende energie op te wekken. Dat is een van onze vier hoofddoelen. Zo hebben we in Australië een miljardenproject uitgevoerd en daar wordt een gebied voorzien van energie terwijl dat geen impact heeft op het milieu en de leefomgeving. We blijven ons ontwikkelen in duurzaamheid."

Philipsen denkt niet na over een terugkeer naar Nederland. "Ik blijf nog wel een aantal jaren bij Chevron en deze operaties liggen hoofdzakelijk op internationale locaties. Daarnaast is het Caraïbisch klimaat in Zuid-Amerika erg aantrekkelijk voor de jaren nadat ik stop. Wel zullen we regelmatig blijven terugkomen naar Nederland en zeker als mijn zoon in Europa gaat studeren over vijf jaar.”

Afbeelding
Afbeelding