B en W: 'Advies Cultuurtank zware klap voor Venray'


VENRAY | Burgemeester en wethouders van Venray spreken van een zware klap voor het gemeentelijke cultuurbeleid als provinciale subsidiegelden voorbijgaan aan de neus van het Odapark en het muziekfestival Jera on Air. Dat laat het college in een brief op poten aan Gedeputeerde Staten van Limburg weten.


Door Henk Baltussen


Enkele weken terug maakte de Cultuurtank Limburg in een voorlopig advies duidelijk dat Odapark en het Ysselsteynse evenement, het grootste buitenfestival voor punk-, hardcore- en metalcoreliefhebbers in Nederland, de status van Cultuurplan Instelling kunnen vergeten. Die status is belangrijk om aanspraak te kunnen maken op veel geld uit het provinciale Cultuurplan.


Het Odapark heeft sinds acht jaar die status, wat goed is voor een jaarlijkse bijdrage van 200.000 euro: 150.000 euro van de provincie, 50.000 van de gemeente. Jera on Air waagde voor het eerst een poging voor het verkrijgen van de status. De organisatie ging voor een bijdrage van 200.000 euro, uitgesmeerd over twee jaar.


In de brief vraagt het Venrayse college aan GS politieke moed te tonen door af te wijken van het advies van de cultuurtank. Tevens geeft het college aan dat de gemeente Venray onverkort steun blijft verlenen aan de twee plaatselijke cultuurorganisaties.

In dezelfde brief bekritiseren B en W van Venray het besluit van de cultuurtank om Midden- en Noord-Limburg nauwelijks mee te laten profiteren van de cultuurgelden. De cijfers zijn inderdaad duidelijk: uit de hele provincie kwamen 52 aanvragen binnen voor vierjarige subsidiebijdragen (36 aanvragers, waaronder het Odapark) of tweejarige bijdragen (16 aanvragers, waaronder Jena on Air). 21 aanvragen voor de vierjarige Cultuurplanperiode werden door de cultuurtank gehonoreerd, waarvan twintig uit Zuid-Limburg en eentje in Midden-Limburg, het Limburg Festival in Roggel, dat 270.000 euro tegemoet kan zien.

Venray reageert ontzet over passeren Noord-Limburg

Noord-Limburg krijgt in die categorie op de kop nul euro toebedeeld. De protestbrief uit Venray is derhalve begrijpelijk. 'Meer dan de helft van onze provincie is in cultureel opzicht een flink stuk teruggeworpen in de ontwikkeling', schrijven B en W. 'Van een evenwichtige geografische spreiding van cultuursubsidies is geen sprake'.

Op 11 augustus nemen Gedeputeerde Staten van Limburg een besluit, op 4 september wordt vervolgens het definitieve voorstel door de Provinciale Staten behandeld.