Afbeelding
Stan Verhaag

Spaarzaam

Als ik CDA'er was en burgemeester werd, zou ik twee woorden het eerste half jaar na mijn aantreden niet in de mond nemen: 'boer' en 'landbouw'. En de rest van mijn termijn zou ik er spaarzaam mee zijn.

Want dat je hen een warm hart toedraagt, snapt iedereen. Anders was je geen CDA'er. Maar als burgemeester maak je je publiekelijk druk om andere dingen. Orde en veiligheid. Crises en rampen. Verenigingen en onderscheidingen. En dat we met z'n allen een beetje door één deur kunnen. Prachtige thema's, lastig genoeg.

Venray krijgt een burgemeester die zich al op de avond dat zijn voordracht werd bekendgemaakt, opwierp als lobbyist: 'Ik wil de uitdaging mee aangaan om met innovaties te laten zien dat landbouw en veeteelt niet alleen slecht zijn.' Ik viel zowat van mijn stoel.

Begrijp me niet verkeerd. Als er één beroepsgroep is die ik als kleinzoon van boeren (aan beide kanten) betere tijden toewens, zijn het de agrariërs. Als er één beroepsgroep is die een open en genuanceerd gesprek (van beide kanten) verdient, zijn zij het. Heel veel stront die ze over zich uitgestort krijgen, slaat als een tang… juist ja. Dus mijn zegen heb je als je het voor hen opneemt. Maar dat is de taak van boeren, burgers en belangenbehartigers. Van partijen en politici. Niet van burgemeesters.