Afbeelding
Foto: Henk Lammen

Vijfmaal is scheepsrecht voor Wieneke Verkoijen

Venray | "Als ik niet bij de eerste vier kom? Dan zal ik zeker weer wat traantjes wegpinken. Op zo'n moment komt alle spanning eruit." Wieneke Verkoijen (21) uit Venray kan er zelf smakelijk om lachen. Zij staat op zaterdag 21 september met 't Begint voor de vijfde keer in de finale van het liedjesfestival van De Piëlhaas, maar bereikte nog nooit een klassering bij de beste vier. "Vijfmaal is scheepsrecht", is dit jaar haar quote.

Door Henk Lammen

In 2015 was haar debuut tijdens de liedjesfinale. Samen met Roos Leenders zong Wieneke de Vastelaovesselfie. Een jaar later stonden ze opnieuw samen op het podium, de laatste twee edities ging de Venrayse zangeres op de solotour. Telkens liep het uit op een teleurstelling en vloeiden de tranen rijkelijk. "Als ik niet bij die eerste vier zit ben ik zo boos, teleurgesteld. Dat sportieve zit in me, je wilt toch winnen. Het blijft een wedstrijd. Maar dat is maar heel eventjes, hoor", excuseert ze zich bijna. "Dan sta ik vooraan om met de artiesten van de vier winnende nummers mee te zingen, want zo sportief ben ik dan ook wel weer. Alle elf artiesten gun ik een plekje bij de eerste vier, maar mij natuurlijk het meest." Het is haar gevoelige kant, maar wel met een gulle lach. Ze is een vastelaovendvierder in hart en nieren. Een kleine tien jaren geleden stond ze als meisje te mijmeren bij de Roetsj in Venray. Om ooit te mogen optreden tijdens de opening van het vastelaovendseizoen in Venray is een droom van haar. "Absoluut", bevestigt ze stellig. "Voor duizenden mensen optreden op het Schouwburgplein. Voor familie, vrienden en bekenden. Dat zou ik echt geweldig vinden. Ook al kom ik niet bij de top vier in Venray, ze hoeven me maar te bellen. Ik ben er om te zingen, honderd procent." En weer volgt die aanstekelijke lachsalvo. Want ondanks dat de liedjesfinale bittere ernst is, ziet ze ook de betrekkelijkheid in. "Voor het optreden is er de spanning. Vraag ik me echt af: 'Waarom doe ik dit? Kan iemand me naar huis brengen?' Als ik eenmaal over die rode loper loop, denk ik nergens meer aan. Alleen aan knallen en genieten. Plezier hebben."

'En dan loeëp ik dur de straot ien de vastelaoveswiend, van de stasie nor 't plejn wor ik bin wor ik wil zien'. De eerste twee regels van 't Begint zijn veelzeggend. De tekst is van Marjo Koonings uit Ysselsteyn en de muziek van haar zoon Stef. Ex-vriend van Wieneke. En weer die lach. "Maar we zijn nog goede vrienden hoor, anders had hij echt niet meegewerkt." 't Begint markeert de opening van het vastelaovesseizoen. "'s Morgens vroeg een ontbijtje op schoot, dan naar Maastricht, Venray of waar je ook naartoe gaat. Het feest kan beginnen. Gezelligheid met de mensen die je in de trein, bus of kroeg leert kennen. Tussendoor snel een frietje naar binnenwerken en weer verder feesten. De tekst past precies bij me." En mocht ze onverhoopt weer niet bij de beste vier eindigen? "Dan doe ik volgend jaar weer mee. Het is ieder jaar een prachtige ervaring. Die zou ik voor geen geld willen missen. Met dank aan de Kemissie Liedje. Het is ieder jaar weer een grote familie, een warm bad waar iedereen zich thuis voelt."