Onderduikers in de schuilhut.
Onderduikers in de schuilhut. Foto: Jaap van Terheijden

Onderduikers in vennen

Castenray | Het dichtbegroeide moerasgebied van de Castenrayse Vennen heeft in de oorlogstijd aan enkele mensen een veilig onderkomen geboden. Vanuit Horst vluchtten enkele personen naar het gebied en de firma Janssen demonteerde zelfs drie vrachtwagens en verstopte die in delen in het moeras.

Aan de Castenrayse kant werd het moerasgebied ook gebruikt door onderduikers. Over de Lollebeek lag een brug, waarvan het hout gebruikt werd om een schuilplaats te bouwen.

Toen de inwoners van Castenray moesten evacueren, werd door enkelen besloten onder te duiken op het eiland in het Groot Broek.

Enkele onderduikers waren: Jeu Geerets, Wim Geerets, Toon Peeters en Harry Weijs uit Castenray, Harry Boots uit Horst, Ton Mensink uit Bussum, Henk Maas uit Apeldoorn, Cor van Etten uit Eindhoven, Jaap van Terheijden uit Bergen op Zoom, Arie Nauwens en Anton Jeuken uit Nijmegen. Alles leek goed te gaan, totdat de Duitsers op zekere dag bemerkten, dat de jonge Joos Weijs met proviand in de richting van het Broek liep. Toen hij weer terugkwam, stond een Duitser hem op te wachten.

Hij rukte het deksel van de koffiekan, rook eraan en snauwde: 'Kaffee, Partizanen!' en sloeg direct alarm. Op iedere hoek werd een post met een mitrailleur neergezet, zodat niemand kon ontsnappen om de onderduikers te waarschuwen. Te voet werden de gevangenen later afgevoerd richting Venlo. Uiteindelijk liep deze affaire met een sisser af, omdat de bevrijding nabij was.

Enkele inwoners van Castenray doken onder op het eiland in het
Groot Broek

Op de foto onderduikers in de schuilhut. Staand v.l.n.r.: Arie Nauwens; een Zuid-Limburger; Cor van Etten; Jaap van Terheijden; een Zuid-Limburger; Toon Peeters; Wim Geerets; Harrie Weijs; Wiel Heijnen; een Zuid-Limburger.

Op de voorgrond rechts Driekus Smits en links Jeu Geerets en daarachter Wiel Smits. De stokken dienden als steun bij het springen van stobbe naar stobbe.