Gerrit Smits en Gonny Basten delen al meer dan 50 jaar lief en leed.
Gerrit Smits en Gonny Basten delen al meer dan 50 jaar lief en leed. Foto: Rikus ten Brücke

'Gonny is mien megje'

Het Venrayse echtpaar Smits-Basten heeft, behalve de liefde voor elkaar, niet veel nodig. "We zijn tevreden met wat we hebben. Zolang de zon maar blijft schijnen."

Door Sven Poels

Namen, jaartallen en herinneringen. Het is een essentieel onderdeel van het 'gouden' vraaggesprek, maar voor Gerrit Smits (69) en Gonny Basten (68) is het nog niet zo eenvoudig om alles boven tafel te krijgen. Gonny lijdt namelijk aan dementie en ook mantelzorger Gerrit heeft na zijn herseninfarct, twee jaar geleden, moeite om alles in zijn hoofd te ordenen. "Het dagelijks leven is af en toe best moeilijk", geeft hij toe. "Maar zolang ik het op kan vangen, is het goed." Dat Gerrit zichzelf wegcijfert voor zijn hulpbehoevende vrouw, is in zijn ogen heel normaal. "Gonny is mien megje", stelt hij in het Venrays dialect. "Dat was ze al toen ik haar de eerste keer zag, en dat is ze nu nog steeds. Daar heb je alles wel mee gezegd." Het op 15 juli vijftig jaar getrouwde echtpaar leerde elkaar tijdens de carnaval van 1966 kennen. "In het Parochiehuis in Oostrum was discodansen voor de jeugd", herinnert Gonny zich. Dat de uit Venray afkomstige Gerrit daar op zijn eerste brommertje naartoe was getuft, berust op toeval. Toch zou hun ontmoeting de rest van hun verdere leven bepalen: de aanvankelijke 'knipperlichtrelatie' leidde tot een levenslang samenzijn.

Na hun trouwen in 1969 gingen ze samenwonen bij de ouders van Gerrit, aan de Vlakwaterweg in Venray. Een jaar later vonden ze een flatje voor zichzelf op het Sint Ceciliapad. "En toen kwamen de meiden", aldus Gonny. "Sylvia in 1970 en Monique in 1971", vertelt ze na enig nadenken. Weer een jaar daarna kwamen ze terecht op de Burgemeester van de Loostraat, wat ze halverwege de jaren zeventig inruilden voor hun huidige onderkomen op de Hemonystraat. Gonny zorgde thuis voor de opgroeiende kinderen en werkte daarnaast parttime als poetsster in een cafetaria. Dit deed ze tot ze aan de slag kon bij de thuiszorg: eerst als schoonmaakster bij het voormalige verzorgingshuis Schuttersveld en vervolgens ging ze tot haar pensioen ook de wijk in. Gerrit werkte op zijn beurt bijna 39 jaar als metselaar bij bouwondernemer Verhoeven uit Venray. "Ik wilde de veertig jaar volmaken, maar ik kon het psychisch niet meer aan", vertelt Gerrit, die bovendien veel last had van zijn rug. "Het was me allemaal te veel, dus ben ik er in 2008 mee gestopt." Waar het gouden bruidspaar veel levensvreugde uit haalde en nog steeds haalt, zijn de vakanties naar Oostenrijk. Eerst in Lechtal en nu al twintig jaar Affenhausen, nabij Innsbruck in het hart van de Alpen. "We hebben daar iets verloren waar we nog steeds naar op zoek zijn", vertelt de heer des huizes cryptisch. Om daar na een kleine pauze aan toe te voegen: "Ons hart. Het is er zó mooi; dat moet je zelf voelen."

Ondanks dat het leven er voor beiden niet makkelijker op wordt, kijken ze zo positief mogelijk naar de toekomst. "We hebben niet veel nodig", meent Gerrit. "We zijn tevreden met wat we hebben. Zolang de zon maar blijft schijnen."