Ed Smeets wordt de nieuwe deken van Venray:
Ed Smeets wordt de nieuwe deken van Venray: "Een kerkgebouw met Jumbo erop past niet." Foto: Henk Lammen

Ed Smeets voelt zich vooral pastoor

VENRAY | Nee, Ed Smeets solliciteerde niet naar de functie van deken in Venray. "Daarvoor word je gevraagd", zegt de rijzige, goedlachse 46-jarige Limburger wiens wiegje in Beek stond. "Je bent daar ook niet mee bezig. Toen ik hoorde dat de bisschop mijn naam voor Venray had genoemd, ging het pas allemaal rollen." En vastelaovesvereniging de Piëlhaas let op: Ed Smeets houdt van carnaval en doet er ook aan mee.


Door Henk Baltussen


Ed is in Venray de opvolger van zijn achternaamgenoot Harrie, die als kersvers bisschop de huidige pastoor van het parochiecluster Ubach over Worms naar het omvangrijke dekenaat stuurt. Ed Smeets gaat als deken de tien pastoors en dertig parochies, waaronder die in de kop van Noord-Limburg, begeleiden. "Mijn taak wordt vooral om de priesters bij elkaar zien te houden en aansturen op samenwerking."
Zondag 28 april wordt hij in de Petrus' Bandenkerk, zijn toekomstige thuishaven, geïnstalleerd. Hij neemt zijn intrek in de pastorie. "Die kan geloof ik wel een opknapbeurt gebruiken", lacht Smeets breeduit.

'Ik ging ook uit, drie, vier keer in de week, tot diep in de nacht'

Hij wist al vroeg dat hij pastoor wilde worden. Zijn ouders voedden hem en zijn broer weliswaar rooms-katholiek op, kerks was de familie Smeets bepaald niet. "Ik had wel wat met de kerk en ging weleens mee met mijn oma. Ik werd misdienaar en maakte van dichtbij mee wat de pastoor allemaal deed. Dat was heel veel, heel verschillend. Dat heeft me altijd geboeid en nog steeds."
Smeets schroomde niet om daar als puber openhartig over te zijn. Als mensen me vroegen wat ik later wilde worden, zei ik direct 'pastoor'. Zoals enkele van mijn vrienden die muzikant of architect wilden worden."
Hij voelde zich nooit een buitenbeentje. "Zo werd ik ook niet gezien. Ik ging gewoon uit, net als iedereen, drie, vier keer in de week, tot diep in de nacht. Maar we hielden het netjes. Hahaha." Een mooi detail is zijn docentschap kerkmuziek aan het grootseminarie Rolduc. Smeets: "Ik had eerder niet veel met muziek. Op Rolduc viel het mijn zangdocent op dat ik een aardige stem had. Daar moest ik wat mee gaan doen."

Na een intensieve muziekstudie geeft hij al jaren toekomstige priesters muziek- en zangles. En als ze echt geen aanleg hebben? "Dan moeten ze het niet doen", stelt Smeets. "Door te zingen versterk je de boodschap. Maar je kunt de tekst ook uitspreken."
Of hij met het docentschap doorgaat, zal de tijd leren. "Ik wacht af wat er allemaal op me afkomt. Venray lijkt me een levendige gemeenschap. Dat merkte ik al tijdens de bisschopswijding van Harrie Smeets in Roermond, waar Venray zich massaal presenteerde. Ik heb in het dekenaat Venray in het verleden enkele vormselvieringen gedaan. Veel vaker was ik hier niet." Inmiddels maakte hij al kennis met het kerkbestuur. "Je weet niet hoe dat uit kan pakken. Maar het gesprek was open en hartelijk. Dat gaf een prima gevoel."

'Door te zingen kun je wel de boodschap versterken'

Hij weet natuurlijk wat het dekenschap inhoudt. Hij moet de parochies leren kennen en de afgevaardigden ervan af en toe bijeen laten komen. De grotere en kleinere problemen die de kop op zullen steken, zal hij aan gaan pakken. Zoals een deken dat moet doen. Maar zijn hart zal bij het pastoorschap blijven liggen. De redenen waarvoor hij destijds voor het priesterschap koos, koestert hij nog steeds.
Waar binnen het dekenaat de aandachtsgebieden liggen, weet hij nog niet. "Daarover laat ik me graag informeren."
Maar dat de leegstand van kerkgebouwen een hot item is in veel dorpen, klinkt hem niet vreemd in de oren. "In alle kerken alles willen blijven doen, gaat niet. Heeft ook geen zin. Ik ben voorstander om de grotere plechtigheden in het dekenaat te concentreren in enkele kerken. Wat moet er dan met de andere gebouwen gebeuren? Ze veranderen in een disco is geen goed plan. En een supermarkt, dat weet ik ook niet. Niet alles moet kunnen in zo'n gebouw. Een cultuurhuis, misschien een dorpshuis. Dat past beter. Even is het misschien leuk om de naam Jumbo op zo'n voormalig kerkgebouw te zien staan. Maar later mist het zijn uitwerking, zijn uitstraling, past het niet meer."En wat zijn vrienden betreft die architect en muzikant wilden worden? "Die zijn inmiddels al geswitched." Smeets weet één ding zeker. Het voorbeeld van zijn vrienden zal hij niet volgen.