Jeanny van Vegchel – Henckens:
Jeanny van Vegchel – Henckens: "Ook in Australië stond ik regelmatig op het podium." Foto: Rikus ten Brücke

Jeanny van Vegchel

Venray | Hoe gaat het nog met Jeanny van Vegchel – Henckens? Volgens kenners had ze voldoende talent om het grote publiek te bereiken. Op zeventienjarige leeftijd maakte ze haar eerste plaatje. Maar voordat de zangeres kans kreeg landelijke bekendheid te verwerven, emigreerde ze naar het buitenland. Peel en Maas kijkt samen met Jeanny en haar echtgenoot Aloys van Vegchel terug op een lange periode vol avontuur, ondernemerschap en muziek.

Door Peter Schoeber

Na de Tweede Wereldoorlog en de wederopbouw keerde het normale leven langzaam weer terug in Nederland. Zo ook het uitgaansleven. Kermissen waren in die tijd nog echte volksfeesten, cafébezoek met matinée een vast ritueel. Voor livemuziek zorgde The Family Band & The Playing Sisters uit Overloon. Vader Hub Henckens (Hub van de Smid) zat achter het drumstel, zoon Jacques op accordeon en met de zingende dochters Celine en Jeanny werden de hits van die tijd ten gehore gebracht. "En moeder Henny zorgde er steeds voor, dat we er in onze lange jurken pico bello opstonden", graaft Jeanny van Vegchel (79) in haar geheugen. "We hadden thuis een smederij en winkel, maar klokslag vier uur werd er gedoucht en vertrokken we naar ons volgend kermisoptreden in de regio." Tijdens een van die optredens werd Jeanny ontdekt door Addy Kleijngeld uit Helmond. Hij werkte als talentscout voor het platenlabel CNR. Kleijngeld bespeelde veel instrumenten en schreef en componeerde vaak zelf de nummers. Later zou hij Heint(je) Simons ontdekken.

Onder de meisjesnaam Jeannet Henckens werd in 1960 een plaatje opgenomen. 'De taal der liefde', is nog terug te vinden op Youtube. "Ik was pas 17 en volgde een verpleegstersopleiding in Boxmeer. We repeteerden in Helmond, waar Addy Kleijngeld een winkel in muziekinstrumenten had. Het plaatje werd in Amsterdam opgenomen."

AVONTUUR

Kans op succes kwam er niet, de plaat kon niet gepromoot worden. In 1961 trouwde Jeanny met Aloys van Vegchel uit Venray en vertrok naar Australië, waar een betere toekomst in het verschiet lag. Slechts twee jaar zou het echtpaar 'down under' verblijven. Een zwaar ongeluk met Aloys noopte het jonge echtpaar tot een terugkeer naar Nederland. "Een kans op een artiestenleven ben ik misgelopen, maar we waren jong en in Nederland was niets te verdienen. In Australië konden we meteen aan de slag, Aloys als timmerman, ik als verpleegster. Zingen heb ik altijd gedaan, ook in Australië stond ik regelmatig op het podium. Dat werd opgemerkt en ik werd gevraagd voor een televisieprogramma voor de emigranten. Ik heb nog steeds heimwee naar Australië. Het is een prachtig
land."

TELSTAR

Terug in Nederland stortte het echtpaar zich in het horecaleven. Ze werden uitbaters van uitgaanslocaties in Velden, Roermond en Venray. Bekend zijn ze van discotheek Den Alde Hôed en later een lunchroom aan de Schoolstraat in Venray. Jeanny van Vegchel werd in de eindjaren zestig herontdekt als zangeres. Nu door platenmaatschappij Telstar van Johnny Hoes in Weert. Ook hier werden singletjes opgenomen (periode 1968-1972).

Ze trad op tijdens 'De Lach en een traan-show' van Johnny Hoes. Met artiesten van het Telstar label zoals De Heikrekels, Zwarte Lola, Dikke Leo en Sjeng Kraft. De VARA maakte tv-opnames. "Johnny Hoes zag mij als een feestzangeres. Tijdens de talentenjacht had ik De Jordaanwals gezongen. Ik liet alles op me af komen. We hadden een bedrijf in Velden en inmiddels ook vier kinderen. Het café liep goed, ik moest vaak optredens afzeggen. Als ik daar nu op terugkijk vind ik dat soms wel jammer, ik werd zoveel gevraagd. Maar met je werk en het gezin had je het al druk genoeg. Optreden deed ik vooral in ons eigen café." In 1968 had ze ook een bijna-hit in handen. "Wat een feest was dat", een vertaling van het Spaanse 'La felicidad' had hitpotentie, maar onder de titel 'Pa wil niet in bad' ging het komisch tv-duo Johnny Kraaijkamp en Rijk de Gooijer er met het succes vandoor.

VENRAY

Rond 1975 keerde Jeanny van Vegchel terug naar Venray. Het pand van bakkerij Hoedemakers werd omgebouwd tot uitgaanslocatie. Den Alde Hôed werd een begrip in Venray en wijde omgeving. Op vrijdag was er een dansavond met Aloys als discjockey. Vaak stapte Jeanny de bühne op. In het weekend was er disco voor de jeugd. In de jaren negentig werd de zangeres actief in de Venrayse carnaval. Haar eerste nummer, 'As ik ow zie' (arrangement Bruno Lucassen) werd in 1993 de nummer-1 bij De Piëlhaas. Optredens tijdens de bonte avonden van Circus Mök volgden. Korte tijd woonden Jeanny en Aloys in de buurt van Allicante, maar door het gemis van hun kinderen werd de Spaanse zon weer ingeruild voor Venray. Inmiddels is het echtpaar 57 jaar getrouwd en is de familie uitgebreid met vier klein- en één achterkleinkind. Vorig jaar werd Jeanny opgegeven voor het tv-programma The Voice Senior van John de Mol. De proefopnames (tapes) werden in Hilversum enthousiast ontvangen, het nummer 'Over the rainbow' uitgekozen, maar het contract werd nimmer ondertekend. "De tv-opnames zouden plaatsvinden op 8 juni, uitgerekend de dag dat Aloys een hartoperatie zou ondergaan. Daarom heb ik mijn medewerking afgezegd." Zingen doet Jeanny nog steeds voor de senioren.

Jeanny van Vegchel – Henckens: