Jan Jeucken:
Jan Jeucken: "Eigenlijk weten we nog steeds niks van laatvliegers." Foto: Rikus ten Brücke

Paradijs voor laatvlieger

CASTENRAY | De grootste kolonie laatvliegers van Europa zit naar alle waarschijnlijkheid in Castenray. Op de grote zolder van de Matthiaskerk, om precies te zijn. Jan Jeucken heeft zich de laatste jaren ontpopt als dé kenner van deze vleermuizensoort. De gepassioneerde Horstenaar leefde de laatste jaren tussen de laatvliegers in Castenray. "Eigenlijk weten we nog steeds niks van ze."

Door Henk Baltussen


Jeucken gaat voorop over de smalle houten trappen en ladders richting de zolder, die zich uitstrekt boven het middenschip en het priesterkoor van de Matthiaskerk. Ronde, stenen zoldergewelven en een indrukwekkende 500 jaar oude houtwerkconstructie van het kerkdak is het decor waar de laatvlieger zich blijkbaar in een paradijs waant. Castenray en de bijzondere vleermuizensoort, die een spanwijdte van meer dan 30 centimeter haalt, zijn inmiddels onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het ontbreekt er nog aan dat Jeucken er zijn bed neerzet. "Vooral in de maanden juni, juli en augustus ben ik voor niemand bereikbaar. Dan worden de jongen geboren. Daar wil, nee, moet ik bij zijn." De gepensioneerde fijnbankwerker kreeg de liefde voor de natuur met de paplepel ingegoten door zijn moeder. Jeucken kreeg enkele jaren terug in de gaten dat laatvliegers in de Castenrayse kerk leefden. "Toen organiseerde IVN Geijsteren Venray hier de Nacht van de Vleermuis. Er was al wel bekend dat er laatvliegers zaten. Ik verdiepte me erin en merkte dat maar heel weinig bekend is over de laatvlieger. Dan raak ik pas echt geïnteresseerd en haal alles uit de kast om meer kennis te verzamelen en te delen." Op de eerste plaats kwam hij door tellingen erachter dat wel heel veel laatvliegers op de kerkzolder leven. Dat er zelfs een heuse kraamkamer is waar geen mannetjes gewenst zijn.
Hij hing camera's op om het sociale gedrag van de laatvlieger te observeren. Hij werkte daarbij samen met ecologisch adviesbureau Natuurbalans en Regelink. Hij voorzag onder meer een serie laatvliegers van zendertjes.

Castenray walhalla van Europa voor vleermuissoort

De provincie subsidieerde het telemetrie-onderzoek en bracht onlangs een rapport erover uit. Hoe je vleermuizen met een zender uitrust? "We vangen ze bij de kerk door bij de uitvliegopeningen, de kerk heeft er acht op tien meter hoogte, een net aan aluminiumpalen te plaatsen. Ze vliegen erin, we pakken ze en plakken met chirurgische lijm de zenders erop om de laatvlieger met de auto te kunnen volgen."
Dit jaar telde Jeucken 225 laatvliegers (vrouwtjes en jongen), vorig jaar nog 247. "Dat wil zeggen dat de soort achteruitgaat", zegt Jeucken tot zijn spijt. "Dat is op meer plaatsen waarneembaar."
In de kelder van de kerk heeft Jeucken een klein datacentrum ingericht. Daar worden camerabeelden van de kerkzolder op een scherm vertoond. Ook vangt hij de hoge, onhoorbare geluiden van de beestjes op, die hij met speciale apparatuur hoorbaar voor de mens maakt. "Ik krijg kippenvel als ik dat hoor."
Eerst kwalificeerde hij de Castenrayse vleermuizenkolonie als de grootste van Limburg, later van Nederland en inmiddels is zijn conclusie dat het de grootste van Europa kan zijn. "Er is wel eens onderzoek gedaan in het buitenland", weet Jeucken, "maar nog nooit met camera's en zenders."