"We worden serieus genomen"
Merselo | Theo Zegers (61) uit Merselo nam maandagavond afscheid van het Dorpsradenoverleg (DRO). Vanaf 2002 maakte hij deel uit van het DRO en sinds 2006 was hij voorzitter. "Waar ik trots op ben? Dat we als belangenbehartiger van de kerkdorpen een serieuze gesprekspartner zijn."
Door Henk Lammen
Zijn insteek was altijd duidelijk, opkomen voor de belangen van de kerkdorpen in de gemeente Venray. "We zijn met z'n allen de gemeente Venray en mogen in die hoedanigheid meepraten over wat er gebeurt. We worden als dorpen serieus genomen door de gemeente." Hij zat als gesprekspartner aan tafel met afvaardigingen van provincie Limburg, Wonen Limburg, het Waterschap, de gemeente en andere belangenorganisaties. "Door met goede voorstellen te komen, zijn we een gedegen gesprekspartner geworden. Dat dwing je af. Je kunt niet roepen dat er in Merselo 200 woningen gebouwd moeten worden. Dan word je niet serieus genomen." Zegers was in al die jaren het cement van het DRO. Schoof voor overleg aan tafel bij talrijke partijen en werd het gezicht van de kerkdorpen. Hij wil het graag nuanceren ('Ik ben niet belangrijk'), maar bij zijn afscheid in Heide was duidelijk dat het DRO een gedreven voorzitter gaat missen. Burgemeester Hans Gilissen stak bij de uitreiking van een koninklijke onderscheiding aan Zegers de loftrompet uit, de leden van het DRO waren unaniem over de moeilijke zoektocht naar een nieuwe voorzitter. 'Theo heeft de lat enorm hoog gelegd'. Hij is trots op wat er is bereikt, maar stelt met nadruk dat het de verdienste is van iedereen binnen het DRO, waarin vertegenwoordigers van alle kerkdorpen in de gemeente Venray zetelen. "We worden voor vol aangezien. We worden om advies gevraagd, onze mening doet ertoe. En dat geldt niet alleen richting de gemeente, de belangrijkste partner, maar ook naar andere organisaties waar we mee te maken hebben. Omdat we op een reële basis met iedereen omgaan." Die visie leverde successen op. Zegers: "Het heeft misschien niet voor alle kerkdorpen het gewenste resultaat opgeleverd, maar ik ben trots hoe we de kleine scholenproblematiek hebben aangepakt. Met open vizier, werkbaar, hoewel het niet voor iedereen een succes was. Op die momenten moet je ook reëel zijn. Een school met vijftien leerlingen is uiteindelijk niet te behouden. Dan moet je een balans zoeken tussen wat goed is voor het kind en het onderwijs en een dorp." De andere kant van de medaille heeft hij ook leren kennen. De ontwikkeling dat het aantal voorzieningen in de kerkdorpen krimpt, baart Zegers zorgen. "Scholen, voorzieningen, gemeenschapshuizen, het wordt allemaal minder. Nu weer het verhaal van de kermissen, dat is niet fijn. Maar welke macht heb je om het tij te keren. Hetzelfde geldt voor de woningbouw. Gelukkig ontstaat er nu weer wat ruimte voor nieuwbouw in de dorpen. Dat zijn heikele punten en vergen de grootste aandacht." Over de toekomst van het DRO maakt hij zich geen zorgen. "De mensen worden steeds mondiger. Het wordt daarom nog belangrijker wat je als belangenbehartiger geregeld kunt krijgen. Het DRO is daarin een onmisbare schakel."