Leraren dreigen met staking

Venray | "Als onze noodkreet niet wordt gehoord, er in het regeerakkoord geen extra geld komt voor het primair onderwijs, gaat de boel echt plat. Vermoedelijk in september, en dan niet in een week die fijn aansluit op de vakantie."

Dat dreigement uit Venraynaar Jan van de Ven, leraar in Overloon en woordvoerder van actiecomité en Facebookgroep PO in Actie. Een week lang de scholen dicht, de grootste onderwijsstaking ooit. De actievoerende leraren in het basisonderwijs strijden voor een eerlijk salaris en minder werkdruk. "De bereid om actie te voeren, is groter dan ooit", weet Van den Ven. "Uit onderzoek op onze eigen Facebookpagina en vanuit een enquête van de AOb komt naar voren dat meer dan 90% bereid is te gaan staken. We gaan ervan uit dat het uiteindelijk niet nodig is, omdat de politiek nu eens echt over de brug gaat komen. We willen een glashelder signaal aan de politiek afgeven: de klassen zijn te groot, veel leraren kampen met een burn-out, het lerarentekort loopt snel op, de administratieve last is hoog en ons salaris ligt 20 procent lager dan in het voortgezet onderwijs, terwijl we hetzelfde niveau opleiding, werk- en denkniveau hebben."

Bij PO in Actie hebben zich sinds begin maart ruim 37.500 juffen en meesters uit heel Nederland aangesloten. Afgelopen dinsdag overhandigde Van de Ven namens hen een sectorbreed gedragen manifest aan de Kamercommissie Onderwijs in de Tweede Kamer. Hij sprak daar de onderwijswoordvoerders van alle politieke partijen toe met de noodkreet voor flinke investeringen in het primair onderwijs. "Het is 5 voor 12: Voor de toekomst van het Primair Onderwijs, de toekomst van een hele generatie kinderen en de toekomst van het mooiste vak van de wereld.", aldus Van de Ven. Het op te stellen regeerakkoord zal het ijkpunt zijn om al dan niet op actie over te gaan.


SPOVenray steunt 'PO in Actie'

Venray | Aan het inkomensverschil tussen leraren in het basisonderwijs en die in het voortgezet onderwijs moet een eind komen, vinden tienduizenden leerkrachten. Zij willen dat het nieuwe kabinet hiervoor 1,8 miljard euro per jaar uittrekt. SPOVenray steunt 'PO in Actie', zegt bestuursvoorzitter Marcel Reulen. "Wij staan voor een goede personeelszorg. Eén van de onderdelen daarvan is het bieden van de juiste arbeidsvoorwaarden. Maar 'PO in Actie' is meer dan geld alleen."

Door Ron Koenen

De actiegroep pleit onder andere voor een hoger salaris voor leerkrachten in basisonderwijs. Maar het gaat ze vooral om behoud van kwaliteit in het basisonderwijs, waar ze zich heel erg zorgen over maakt. Een hoge werkdruk gecombineerd met een 'oneerlijk' salaris zorgt voor hoog ziekteverzuim, veel uitval van leerkrachten en een onaantrekkelijk perspectief voor studenten. Om het basisonderwijs op niveau en aantrekkelijk te houden, is het ook volgens Reulen van belang dat door de overheid in het basisonderwijs geïnvesteerd wordt. "We krijgen steeds minder collega's en het ziekteverzuim is erg hoog in het basisonderwijs. Dat komt met name door het gevoel dat het werk nooit af is en dat er steeds weer nieuwe taken gedaan moeten worden. Daar komt bij dat collega's het basisonderwijs verlaten omdat een andere werkgever simpelweg beter betaalt." De Venrayse onderwijskoepel ondersteunt de actie als medeondertekenaar van het convenant via de PO-raad, de sectororganisatie voor primair onderwijs, meldt Marcel Reulen. "Maar uiteraard kijken we ook naar onze eigen rol: wat kunnen wij doen om de werk- én regeldruk bij ons eigen personeel te verminderen? Sommige zaken moeten, andere mogen. Maar duidelijk is dat met elkaar nogal wat administratieve zaken doen."

SPOVenray onderzoekt momenteel hoe ze de werkdruk, maar vooral ook de regeldruk, kan verminderen. "Steeds meer scholen zetten lean en mean in als filosofie en bereiken daar bewijsbare resultaten mee op het gebied van onderwijskwaliteit en efficiëncy", weet Reulen. "Een school heeft geen commerciële inslag. Toch zijn veel onderwijsinstellingen erbij gebaat om methoden uit het bedrijfsleven te gebruiken om problemen te formuleren, feiten eerlijk onder ogen te zien en om samen heldere plannen op te stellen. Wat doen we wel, en wat doen we niet? Daar is in de onderwijswereld nog veel winst mee te behalen, daar ben ik heilig van overtuigd."

Geldt dat ook voor allerlei projecten binnen de Venrayse basisscholen? "We gaan dat natuurlijk niet opleggen. Welke projecten scholen wel of niet doen, dat beslissen ze zelf. Maar als je veertig projecten per jaar hebt, dan zul je daar kritisch naar moeten kijken als je aan de andere kant stelt 'Onze leraren hebben het veel te druk'."


Samenwerking in kinderopvang

Venray | Op initiatief van Stichting Peuterspeelzalen Venray (SPV) en Kinderwereld Venray BV wordt momenteel gewerkt aan een verregaande samenwerking met Stichting Kinderopvang 't Nest, die actief is in de gemeente Horst aan de Maas.

SPV/Kinderwereld heeft geconstateerd dat zij kwetsbaar is in haar back-office, er is momenteel onvoldoende menskracht en deskundigheid op kantoor. Investeren in deze menskracht zou leiden tot een onverantwoord hoge overhead. SPV/Kinderwereld wil zich blijven concentreren op haar primaire doel: het realiseren van kwalitatief hoogwaardige peuter- en kinderopvang. Om dit te kunnen blijven doen vanuit lokale verankering is gezocht naar een partner. In Kinderopvang 't Nest is een partner gevonden die vanuit dezelfde inhoudelijke achtergrond werkt aan pedagogisch verantwoorde en vernieuwende opvang, een maatschappelijke, duurzame ondernemer. Net als bij SPV/Kinderwereld staat het bieden van lokaal verankerde en kwalitatief hoogwaardige (peuter)opvang voorop. De samenwerking met het onderwijs, die nu bij SPV/Kinderwereld ook bestuurlijk is vormgegeven, is een belangrijke pijler in de werkwijze van 't Nest. Met ingang van 1 januari 2018 treedt de wet Integrale Kwaliteit Kinderopvang in werking en moet de harmonisatie van peuterspeelzalen naar kinderopvang zijn afgerond. Door de samenwerking tussen SPV/Kinderwereld en 't Nest kan de voorbereiding op deze nieuwe situatie in gezamenlijkheid worden opgepakt. In de komende maanden zal binnen beide organisaties gewerkt worden aan voorbereidingen om per 1 januari 2018 onder bestuurlijke verantwoordelijkheid van 't Nest samen te werken.