'Pluimveehouders nog altijd tussen hoop en vrees'

Ysselsteyn | "Hoewel er al een aantal weken geen uitbraken zijn op Nederlandse bedrijven, houdt de vogelgriep ons nog steeds in haar greep."

Door Ron Koenen

Eric Hubers uit Ysselsteyn, voorzitter van de vakgroep LTO Pluimveehouderij/NOP, is er nog niet gerust op. "In België en Friesland is onlangs nog vogelgriep vastgesteld bij hobbyboeren. Ook zijn er nog met vogelgriep besmette wilde vogels gevonden. De ziekte is dus zeker niet weg. De dreiging van het virus komt vanuit de natuur en is in de ons omringende landen nog volop aanwezig. Het is daarom ook belangrijk dat we blijven hameren op hygiënemaatregelen bij bedrijven om de kans op besmetting te minimaliseren. Ja, we leven als pluimveehouders nog altijd tussen hoop en vrees."

De LTO-bestuurder wijst verder op de toenemende financiële en economische schade. Sinds de eerste uitbraak eind november in Biddinghuizen moest er al een tiental bedrijven worden geruimd, zowel getroffen bedrijven als pluimveehouderijen die binnen de een-kilometerzone liggen. Hij wijst tevens op schade door handelsbeperkingen als gevolg van de vogelgriep en de tweespalt die in Europa is ontstaan door Duitse creativiteit rond de ophokplicht. Duitse deelstaten hebben een creatieve oplossing toegepast om onder het statusverlies van de zogeheten 'vrije-uitloop'-eieren uit te komen. Woensdag 1 februari was de ophokplicht twaalf weken van kracht. "Met name voor kippenhouderijen met vrije uitloop heeft dat vergaande consequenties", weet Hubers. "Die eieren mogen namelijk wanneer de kippen twaalf weken binnen hebben gezeten, niet meer als 'vrije-uitloop'-eieren worden verkocht. Voor de kippenhouder betekent die afwaardering naar scharrelei een verlies aan opbrengsten van 2 tot 3 cent per ei. Enkele Duitse deelstaten komen daaronder uit door de ophokplicht tijdelijk - 1 dag - op te heffen, waarna een nieuwe termijn van twaalf weken kan
beginnen."

Op deze manier kunnen Duitse bedrijven hun eieren langer verkopen als 'vrije uitloop'-eieren en er meer geld voor vangen. "Dat zorgt binnen Europa natuurlijk voor een oneerlijk speelveld", vindt Hubers. "Terecht dat de vraag komt waarom wij in Nederland niet hetzelfde kunnen doen als onze Duitse collega's. De situatie rond het statusverlies van vrije uitloopeieren riekt naar handelspolitiek. Duitsland is het grootste land in de EU. Duitse eierproducenten doen nu hun voordeel met de situatie, over de rug van hun collega's in andere landen. We zijn daarover in gesprek met het ministerie, want dit kan écht niet. Het gaat ook om de toekomst van dit segment in de supermarkt en is van levensbelang voor het verdienmodel van de pluimveehouders."