Afbeelding

Biografie Johannes Antonius (Jan) Poels

Venray | Johannes Antonius (Jan) Poels is geboren op 1 mei 1870 in Venray als zoon van Martinus Poels en Maria Catharina Joosten.

Na de lagere school volgde hij de hbs op het R.K. College Rolduc, waar hij de handelsopleiding volgde. Na de middelbare school verbleef hij, volgens familietraditie, enige jaren in Noord- en Zuid-Amerika, waar hij zich bezighield met de schapenhandel. Hij trouwde op 25 januari 1897 in Venray met Johanna Mathilda Francisca Maria (Jeanette) Poels.

Ze woonden aan de Hofstraat nummer 14, momenteel het Poels-huis aan de Raadhuisstraat in Venray. Het echtpaar kreeg acht kinderen: Cato, Martin, Frans, Harrie, Toon, Nellie en Pia. Het achtste kindje overleed als baby.

Tot in de Eerste Wereldoorlog legde Jan Poels zich vooral toe op de veehandel. Hij stichtte huizen van Poels en Co. te Antwerpen en Buenos Aires. Hij stond bekend als een gemoedelijk en bescheiden man en was een allemansvriend. In de periode 1918-1922 was hij als Tweede Kamerlid voor de Rooms-Katholieke Staatspartij (RKSP, voorloper van de KVP), een typische regiovertegenwoordiger van katholieke boeren uit Midden-Limburg.

In de 19e eeuw was Venray het centrum van de internationale schapenhandel. In 1872 verhandelde men meer dan 100.000 schapen en bedroeg de omzet meer dan 1 miljoen gulden. De handelsorganisatie De Grote Schaapscompagnie ontstond en omspande een groot deel van Europa en drong ver door in Rusland. Ook werden kooplieden uitgezonden naar de pampa's van Argentinië. Deze compagnie is nooit door notariële aktes of overeenkomsten bekrachtigd. Jan zijn vader was lid van deze schaapscompagie.

Jan Poels trad in de voetsporen van zijn vader en werd schapenfokker en was in- en exporteur van vee, met name schapen. Vanaf 16 juni 1916 tot aan zijn overlijden was hij lid van de Provinciale Staten van Limburg. Van 15 december 1925 tot 21 januari 1934 was hij lid Gedeputeerde Staten van Limburg.

Jan Poels was voorstander van de Peelontginningen. Hij leverde een grote bijdrage aan de stichting en ontwikkeling van het Peeldorp Ysselsteyn. Daarom is er in Ysselsteyn is een straatnaam hem genoemd.

Hij had vele nevenfuncties zoals:

- lid bestuur LLTB (Limburgsche Land- en Tuinbouwbond)

- vicevoorzitter van de boerenstandsorganisaties in Limburg

- lid Provinciale Regelingscommissie voor de Paardenfokkerij in Limburg

- voorzitter Stamboek van het Nederlandse Trekpaard (Belgisch type), afdeling Limburg

- voorzitter van de Hengsten-Associatie Vooruitgang

- voorzitter Provinciale Regelingscommissie voor de paardenfokkerij in Limburg

- voorzitter vanaf 1817 van de Provinciale Vereniging Eigen Erf

- vanaf 1920 voorzitter van de Kamer van Koophandel in Noord-Limburg

- bestuurslid van de Stoomzuivelfabriek Venray

- lid Raad van Commissarissen Stoomvaartmaatschappij Zeeland

- voorzitter van diverse lokale verenigingen

Op 30 augustus 1924 werd hij benoemd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau. Ook was hij ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en had hij de gouden medaille der Leopoldsorde van België.

Tijdens een vergadering van de Hengsten Associatie Vooruit-gang in hotel de Zwaan werd hij getroffen door een beroerte. Hij overleed op 21 januari 1934 in Venray.