Verschil visie schouwburg

VENRAY | De afgetreden bestuursleden Jos Vervoort (voorzitter), André Duijghuisen en Frank Rozijn uitten in een gezamenlijke verklaring hun grote zorgen over het nieuwe bestuursmodel van de schouwburg. Zij willen en kunnen hiervoor niet langer de verantwoordelijkheid dragen.

Door Henk Willemssen

Per 1 januari 2017 gaat de nieuwe organisatiestructuur in. Het bestuur wordt omgevormd tot een driekoppige raad van toezicht. Naast het enig overgebleven bestuurslid Marita Muller komen er nog twee toezichthouders bij. Die worden half december gepresenteerd.

Muller vindt dat het bestuur te veel uitvoerend bezig was en te dicht op de organisatie zat. Volgens haar past die bestuursvorm niet meer bij de vernieuwde schouwburg. Ze wijst op de grote uitdagingen die komend jaar te wachten staan. In maart is de opening van het gerenoveerde pand. In juni is er een groot pleinfeest en de viering van het vijftigjarig jubileum staat voor de deur. Na de verbouwing beschikt de schouwburg over een tweede zaal die ook gevuld moet worden. "Er komt zo veel op ons af. De organisatie moet helemaal los kunnen gaan", vindt Muller. "Daarbij past een raad van toezicht die op hoofdlijnen meekijkt en meer een adviesrol heeft. Ik ben er heilig van overtuigd dat dit het allerbeste model is." Daar denken de drie afgetreden bestuurders anders over. Alhoewel het trio wel voorstander zegt te zijn van een 'professionele afstand' tussen het bestuur en directeur Paul Franssen. Vreemd genoeg halen Vervoort, Duijghuisen en Rozijn aan dat juist Marita Muller die afstand 'minder in acht nam'.

De drie ex-bestuurders hebben grote twijfels over de nieuwe opzet met een raad van toezicht. 'Onverantwoord en niet in het belang van de schouwburg', verklaren ze. Binnen het bestuur lukte het de afgelopen maanden niet om op één lijn te komen. Marita Muller geeft aan dat ze niet alleen staat. Ze heeft een aantal adviseurs om haar heen verzameld die haar helpen en ondersteunen. "Ik ben de kartrekker van het nieuwe bestuursmodel. De andere bestuursleden vonden ook dat ik te snel en voortvarend ging. Er was gewoon een verschil in visie."

'Helaas is het niet gelukt om als bestuur overeenstemming te bereiken', luidt de verklaring van de oud-bestuurders. 'Wij kunnen niet langer verantwoordelijk zijn. Daarom waren wij genoodzaakt onze functies neer te leggen.'