Afbeelding
Foto: Ron Koenen

Vluchtelingen welkom in Venray

Venray | Ook in Venray neemt het aantal vluchtelingen met een verblijfsstatus toe. Venray herbergt momenteel al meer dan 200 zogeheten statushouders. In deze rubriek vertellen een aantal nieuwe inwoners van Venray en omgeving,vluchtelingen, hun verhaal. Ook komen medewerkers van organisaties die zich inzetten voor deze vluchtelingen in Peel en Maas aan het woord. De rubriek wordt verzorgd door leden van de werkgroep Vluchtelingen welkom in Venray. Voor meer informatie: werkgroep@vluchtelingenwelkomvenray.nl.

"Ik weet niet in welk land ik op het strand in de nacht door mensen van het Rode Kruis uit de houten boot geholpen ben. Na tien dagen vanuit Egypte met in die kleine boot ongeveer honderd mensen, onder wie zwangere vrouwen en kleine kinderen. Hoge golven, we wisten niet hoelang en waarheen. We hadden alleen dadels als voedsel en water bij ons. Ik kon niet eten. Want wat erin ging, kotste ik onmiddellijk weer uit." Omran Tawakalna vertelt zijn verhaal voor een deel zelf in het Nederlands en deels geholpen door de tolk Abdussalem Kichou. "De stuurman, een hulp van de smokkelaars, kreeg telefonisch opdrachten hoe te varen en hij gebruikte verder het kompas. Aan land gekomen verdween hij onmiddellijk in de duisternis."

Vanaf het strand is Omran door smokkelaars met een zwarte geblindeerde auto in twee dagen naar Nederland gereden. Daar kwam hij laat aan. 'Je bent nu in Nederland', werd hem verteld en 'nu moet je het zelf maar uitzoeken'. In het politiebureau in Echt meldde hij zich vervolgens als vluchteling. Hij had geen slaapplaats en bracht de eerste nacht in het azc van Echt door. De volgende dag moest hij zich melden in het aanmeldcentrum in Ter Apel. Omdat hij goed Engels spreekt, was die daaropvolgende reis met de trein geen probleem.

Omran is nu twee jaar in Nederland. Hij woont ruim een jaar, met zijn ouders en twee broers, in Venray, met een verblijfsvergunning. Zijn familie kwam in drie groepjes van twee via Egypte en de Middellandse Zee met hulp van smokkelaars naar Nederland. Tijdens de oorlog in Syriƫ is hun woning in Damascus verwoest. Bovendien moest Omran in dienst van het leger van Assad en dat wilde hij niet. Omran volgt sinds vijf maanden de lessen in Nederlandse taal en hoopt in januari zijn inburgeringscursus af te ronden. Dan wil hij de opleiding voor automonteur gaan volgen. Dat sluit aan bij het beroep van zijn vader, die in autobanden handelde. Hij heeft in Limburg veel vrienden, zowel Nederlandse als Syrische. De Nederlandse vrienden kreeg hij via een maatje uit Reuver, die hem met anderen in contact bracht. Hij zingt in een bandje en treedt regelmatig op, vooral in Roermond, zowel met Nederlandse als Arabische muziek.