Archeologisch onderzoek
Wanssum | De afgelopen weken is op de locaties van de toekomstige hoogwatergeulen van Ooijen en Wanssum archeologisch onderzoek uitgevoerd.
Nadat in een eerder stadium over het hele gebied boringen zijn gedaan, zijn nu de kansrijke plekken middels proefsleuven nader onderzocht. Projectleider Reinier Ellenkamp van archeologisch bureau RAAP: "We hebben zowel sporen uit de late prehistorie als uit de steentijd gevonden. Dat komt overeen met de verwachtingen die we hadden." De komende weken worden de vondsten nader bestudeerd. Op basis van de uitkomsten bepaalt de provincie Limburg hoe er bij de aanleg van de hoogwatergeulen met de archeologie moet worden omgegaan. Een deel van toekomstige geulen is in het najaar van 2014 al onderzocht, maar niet alle terreinen waren toen beschikbaar voor onderzoek.
Tijdens het onderzoek zijn verschillende bodemlagen afgegraven. Op basis van de vondsten in het onderzoek kan worden gereconstrueerd of er op die plek mensen hebben gewoond of andere activiteiten hebben ontplooid. De proefsleuven liggen met name op de hoger gelegen gebieden langs de Maas, omdat dat de plekken waren waar mensen in de steentijd (maar soms ook tot in de middeleeuwen) graag woonden. Ellenkamp: "In de proefsleuven zijn we allerlei prehistorisch materiaal tegengekomen. Je moet dan denken aan stukjes keramiek van borden, kruiken en voorraadpotten. Die zijn zo'n twee- tot drieduizend jaar oud. Ook hebben we bewerkte vuursteen aangetroffen uit de steentijd, waarmee bijvoorbeeld pijlpunten werden gemaakt. Van grotere nederzettingen is in deze onderzoeksfase vooralsnog geen sprake. Het gaat vooral om kleinere woonplaatsen en sporen van beakkering." De exacte datering en waardering van het gevonden materiaal vindt in de komende weken plaats. Als een vindplaats vrijgegeven is, kunnen (grond)werkzaamheden zonder bijzondere archeologische beperkingen worden uitgevoerd. Tijdens het proefsleuvenonderzoek wordt de werkelijke waarde van archeologie per locatie vastgesteld. Op basis van de uitkomsten neemt de provincie een Selectiebesluit waarin per vindplaats wordt aangegeven of deze behoudenswaardig is of kan worden vrijgegeven.