'Vluchtelingen beter opvangen in dorpen dan in Venrayse wijken'

HEIDE | De dorpen in de gemeente Venray gaan asielzoekers met een verblijfsvergunning opvangen. In de eerste helft van 2016 moet Venray 51 zogeheten statushouder een huis aanbieden. Half januari had Heide de primeur. Het Syrische gezin Armuch – beide ouders en een kind van zes jaar - nam zijn intrek in een huurwoning van Wonen Limburg aan de Meester Driessensstraat.

Door Henk Willemssen

Vorig jaar voldeed Venray een de plicht 74 statushouders onder te brengen in reguliere woningen. Met hulp van Wonen Venray kregen ze allemaal onderdak in de Venrayse wijken. Daar bezit de woningcoöperatie ook de meeste huizen. Die komen vaker en sneller vrij dan die in de dorpen waar Wonen Limburg slechts mondjesmaat huurwoningen bezit. Het dorpsradenoverleg heeft daarom het initiatief genomen om te bemiddelen bij particuliere woningen. Dorpen kunnen, na overleg met de eigenaar, deze huizen aanbieden bij Wonen Limburg. De woningcoöperatie bekijkt of de woning geschikt is voor de opvang van vluchtelingen. Zo ja, dan huurt Wonen Limburg het pand tijdelijk van de eigenaar. Een vijftal dorpen heeft al een of meerdere adressen doorgegeven.

In Heide kwam in januari een huurwoning vrij van Wonen Limburg. Onlangs bracht de dorpsraad een bezoek aan het Syrische gezin. De taalbarrière blijkt een groot probleem. "Aan alle nieuwe inwoners van Heide brengen we een welkomstbezoek", zegt dorpsraadvoorzitter Leon Janssen. "Dus ook aan dit gezin. We zouden ze ook graag welkom heten in een brief in hun eigen taal. Met enkele telefoonnummers van contactpersonen." Milou Jeurissen, beleidsmedewerker van de gemeente Venray, was vorige week te gast in het dorpsradenoverleg. Ze juichte het initiatief van de dorpen toe. "In de wijken staan de meeste huurwoningen. Maar er kunnen ook problemen ontstaan. Omdat er vaak al meerdere specifieke doelgroepen zijn gehuisvest. Dat kan te veel druk leggen op een wijk", zei Jeurissen. "Het is daarom beter statushouders te verspreiden over de gemeente."

Het probleem is dat nu nog veel asielzoekers met een verblijfsvergunning noodgedwongen verblijven in de toch al overvolle asielzoekerscentra. Het Rijk wil een snellere doorstroming naar de reguliere woningmarkt. Statushouders worden gekoppeld aan een gemeente die voor onderdak moet zorgen. De eerste zes tot negen maanden krijgen de nieuwe bewoners maatschappelijke begeleiding van de stichting Welkom. "Voor bijvoorbeeld het aanvragen van een uitkering of de zorgverzekering, de inburgeringcursus, school voor de kinderen, dagbesteding en vrijwilligerswerk. In de aanloopperiode worden ze intensief begeleid. Daarna moeten ze op eigen benen leren staan", vertelde Jeurissen. "Daarbij zijn contacten in de buurt heel belangrijk. De mensen kunnen wel een steuntje in de rug gebruiken om wegwijs te worden in de leefomgeving." Bij taalproblemen kunnen de vluchtelingen een beroep doen op een tolk. "Maar eigenlijk alleen bij formele zaken zoals het regelen van een uitkering. Niet voor informele contacten", zei Jeurissen. "In het begin zal het heel lastig zijn en gaat het spreken met handen en voeten. Maar ze moeten de taal toch leren. Ze mogen ook aan het werk, maar ook daar is de taal een barrière. Syriërs zijn doorgaans wat hoger opgeleid en ze spreken redelijk goed Engels. In tegenstelling tot Somaliërs of Eritreeërs."

Het dorpsradenoverleg kwam met het plan om in ieder dorp een vluchtelingengezin op de vangen. "Met een warme ontvangst bieden we de mensen een kans goed te beginnen in Nederland. Om erbij te horen is er geen betere plek dan in een dorpsgemeenschap", vindt Theo Zegers, voorzitter van het dorpsradenoverleg. "De dorpsraden hebben zicht op leegstaande huizen en we kunnen makkelijk contact leggen met de eigenaren. We hebben de wethouder en de woningcorporatie benaderd en ons idee is met enthousiasme ontvangen."

Dat beamen wethouder Martijn van der Putten en bestuurder Ger Peeters van Wonen Limburg. Peeters is blij met het aanbod van de dorpen. "Daardoor neemt de druk op de sociale huurwoningen af. We denken zeker dat dit een kans van slagen heeft. Het zou fantastisch zijn als meer dorpen in Limburg dit voorbeeld volgen."