Aftrap campagne Volt in Veulen

Op zaterdag 12 december trapt Volt de campagne voor de Tweede Kamerverkiezingen af in Veulen. Voltleden gaan langs de deuren, delen flyers uit in de gemeente Venray en maken, op veilige afstand, een praatje aan de deur. Lijsttrekker Laurens Dassen en kandidaat nr 9 Fons Janssen uit Veulen bevinden zich onder het paarsgekleurde gezelschap. 

Volt is de eerste Europese partij. Opgericht, niet toevallig, na het Brexitreferendum. De partij is actief in meer dan twintig Europese landen. In Nederland heeft Volt actieve teams in alle provincies, verdeeld over vijftien steden- en regioteams. Veel leden voelen zich onderdeel van de Erasmusgeneratie. Dat is een generatie waarvoor Europa een vanzelfsprekendheid is, die zich afvraagt waarom de Europese Unie de grote maatschappelijke uitdagingen niet daadkrachtiger aanpakt. Een belangrijk ander deel van de Voltleden is opgegroeid in de Koude Oorlog en overtuigd van de noodzaak dat de Europese Unie het heft in handen neemt voor een veilig Europa en een sterke positie op het wereldtoneel.

Bij de afgelopen Europese verkiezingen kreeg Volt 2 procent van de stemmen. In Noordrijn-Westfalen behaalde Volt meer dan tien lokale zetels. Laurens Dassen: “Het zit er dik in dat we drie zetels gaan halen bij de Tweede Kamerverkiezingen, met een succesvolle campagne zouden dat er ook zomaar zes kunnen worden.” Ook hier blijkt de meerwaarde van Europese samenwerking; Voltleden uit Italië en Frankrijk helpen mee met de digitale campagne. Leden uit de buurlanden komen fysiek helpen met het vergroten van onze zichtbaarheid. Janssen: “Volt is echt wat anders dan de andere nieuwe partijen. Wij bestaan drie jaar, in die tijd hebben we een uitgebreide Europese en Nederlandse politieke visie ontwikkeld en een programma gevormd. Volt is beslist geen tijdelijk opportunistisch clubje, maar een partij die gestaag de Europese Unie en haar lidstaten van binnenuit verandert.”

Hoewel Volt een Europese partij is, is er een sterke grassroots-structuur. De leden en lokale teams werken samen op één digitaal platform en onlangs zijn is er een interregionale werkgroep Nederland-Duitsland gestart om de samenwerking tussen de Volt-teams in de grensgebieden gestalte te geven. Janssen: “Omdat we op deze innovatieve manier de politiek organiseren kunnen we onze politieke programma’s heel effectief lokaal toepassen. Denk maar aan de stikstofproblematiek voor onze landbouw in Limburg. Een groot deel van de stikstofdepositie, 40 % procent om precies te zijn, komt uit het buitenland. Een ander voorbeeld is de vorming van de Regionale Energie Strategieën, waarbij Duitse en Belgische gemeenten aan de grens betrokken kunnen worden in de opwek- en infrastructuur. De grote problemen in Europa moeten we samen oplossen.”