Afbeelding

Hoge Raad maakt einde aan rechtszaak tegen OTTO Work Force

Algemeen

OTTO Work Force is vrijdag door de Hoge Raad in het gelijk gesteld. De staatssecretaris van Financiën was in cassatie gegaan nadat het gerechtshof eind vorig jaar oordeelde dat de Belastingdienst ten onrechte een claim van 14,7 miljoen euro bij OTTO Work Force had neergelegd. Volgens de Hoge Raad is deze cassatie ongegrond en daardoor komt er een eind aan de zaak die al sinds 2013 liep.

De discussie draaide om een verschil van inzicht tussen OTTO Work Force en de Belastingdienst. OTTO Work Force heeft, net als heel veel Nederlandse bedrijven, tussen 2008 en 2011 gebruikgemaakt van de WVA, een overheidsregeling om educatie van medewerkers fiscaal te bevorderen. Volgens de Belastingdienst zou OTTO Work Force ten onrechte gebruik hebben gemaakt van deze regeling en de dienst legde het bedrijf een naheffing op van 14,7 miljoen euro. Het gerechtshof in Den Bosch besliste eind 2017 dat deze naheffing onterecht was, omdat OTTO Work Force voldoende heeft aangetoond dat het onderwijs heeft plaatsgevonden volgens de regels en stelde OTTO Work Force in het gelijk. De staatssecretaris van Financiën ging tegen deze beslissing in cassatie. Vrijdag verklaarde de Hoge Raad de cassatie van de staatssecretaris ongegrond.

Frank van Gool, CEO van OTTO Work Force. "Ik ben blij met deze beslissing van de Hoge Raad. Wij hebben altijd de overtuiging gehad dat wij niets onrechtmatigs hebben gedaan. Daarom zijn wij blij dat de Hoge Raad tot deze beslissing is gekomen en de eerdere beslissing van het gerechtshof steunt. Het is een slepende zaak geweest die jaren heeft geduurd, maar ik ben heel blij dat wij met OTTO Work Force dit nu definitief positief kunnen afsluiten."

Uit de krant